Komende week rukken we met 5 motoren op naar Engeland, een jaarlijks terugkerend ritueel. Nadat de bikes behangen zijn met tent, slaapzak, opblaasbaar matje, kleding, consumpties en, als het er nog bij past, een campingstoeltje (ja, die met de uitsparing in de armleuning voor het biertje cq de wijn ) is het een hele kunst om jezelf de ruimte te geven tussen je stuur en de bagage achterop. Maar goed, dat komt nog.

Het leek me dan ook een strak plan om de tweewieler dit weekend uit het stof te trekken. Zaterdag wel te verstaan, want zondag stond er een ride-out elders op het menu, de eerste rit van onze Harley club dit jaar. Voor het eerst dit seizoen in motoroutfit naar de stalling. Ik geef toe, ik was wat nerveus bij de gedachten aan vorig jaar. Toen moest die fiets hals over kop naar de garage voor vervanging van de spanningsregelaar en accu. Gevalletje garantie maar stress ten top. Al die tweewielers komen in het voorjaar tussen het spinrag vandaan en het is dan ook niet verwonderlijk dat dit de drukste tijd is in de werkplaats van menig motorzaak. Twee dagen voor vertrek kreeg ik hem rijdend terug.

Goed, ik rol het apparaat naar buiten en trek de choke uit. Na enkele startpogingen werd duidelijk dat de accu niet genoeg peut had voor de eerste ronk. Ik duwde de bike naar de overkant van de straat waar monteurs aan het sleutelen waren. Of ze me even een handje konden helpen met starten? Uiteraard. Startkabels erop en het eerste geronk klonk als muziek in de oren. Ik liet hem nog even stationair draaien voor ik weg reed, maar dit waren dan toch echt de eerste plofgeluiden waar ik na deze gure winter zo naar had verlangd.

Ik pruttelde de straat uit, de wijk uit en stopte voor de hoofdweg. Nadat de drukke weg vrij was gaf ik gas voor een bocht naar links en toen sloeg het noodlot toe; halverwege de bocht sloeg hij af, startte ook weer maar na de 2e keer afslaan wilde het kreng niet meer naar me luisteren. Ondanks dat ik de bocht bijna door was werd ik rakelings gepasseerd door inmiddels weer opkomend verkeer, vergezeld van een orkest van verschillende toeters. Geirriteerd en geschrokken sjor ik de 250kg de stoep op en probeer nog een paar keer te starten maar helaas. Een ouwe-van-dage kwam me nog even goedbedoeld vragen of er wat mis was, maar ja, wat denk je zelf? Ik sta hier niet voor de sier! Ik loop terug naar de monteur die me had geholpen, doe mijn verhaal en samen lopen we naar de hoofdweg. Startkabels er weer op en hetzelfde stukje terug geprutteld. Hij sloeg wéér af en toen gaf ik het op. Heb de fiets in de garage van de monteurs achter gelaten met een druppellader op de accu. Morgen beter.

Maar eenmaal thuis brak het zweet me uit, no way dat er nog een werkplaats is die me voor aanstaande donderdag nog kan helpen…Ik besloot een rondje hulptroepen te bellen maar niemand gereikbaar. Na een onrustige nacht toog ik vanmorgen opnieuw richting stalling en keek opgelucht naar het lampje “accu vol” op de druppellader. Dat zag er goed uit. Met de nadruk op zag…Hij startte weliswaar zonder kabels maar na even stationair draaien was het opnieuw erg stil. Wat ik ook deed, hoe krachtig de accu ook leek, aanslaan ho maar. Vreemd…ik draaide de benzinedop los en schudde de tank. Na het horen van wat geklots draaide ik de dop er weer op, dat was het dus ook niet. Ten einde raad, en nu toch in lichte paniek, zette ik hem terug waar ik hem gisteren had weg gehaald en haastte me naar Google. Net toen ik las dat er van alles aan de hand kon zijn belde de gisteren niet bereikte hulptroepen terug. De 1e vroeg of er nog genoeg benzine in zat, ja ja, dat had ik gecheckt. De 2e reageerde uberhaupt verbaasd, mompelde nog wat, voelde de paniek en besloot naar me toe te komen en samen reden we richting stalling. Als mijn lieveling het nu niet zou doen dan opperde hij hem vanavond te komen halen en er zelf aan te gaan sleutelen. Gelukkig, ze bestaan nog, deze helden. 🙂

Toen de bike opnieuw op de straat stond viel ineens het kwartje; er zit weliswaar benzine in en de km-teller heeft nog geen sein “reservetank” geroepen maar laten we toch even proberen de schakelaar op reserve te zetten. Starten lukte weer maar nu bleef hij ook lopen. Ik had m’n eigen gezicht wel willen zien. We keken elkaar aan en schoten in de lach. Kon wel dansen van blijdschap en in m’n nopjes reed ik naar de pomp, even tanken en de bandjes voorzien van extra spanning. Mijn ‘begeleider’ verdween uit mijn spiegels en de hele middag heb ik rond getourd, onderbroken door een uurtje wassen en poetsen! Het was even stressen maar het plezier is dan ook dubbel zo groot.

0 likes
(15 keer bekeken, 1 lezers vandaag)